maandag 31 oktober 2011

Rashond en rasstandaard

Om een rashond te fokken is er een rasstandaard. Die is er niet voor niks. Ooit zijn er mensen begonnen om een hond met een doel en een reden in elkaar te knutselen. In het geval van onze Engelse Cockers is het de bedoeling om een alert, klein en snel hondje te fokken, dat anatomisch goed in elkaar steekt, over uithoudingsvermogen beschikt en niet bang is om in dichte dekking wild op te stoten.
Hondjes die aan de uiterlijk kenmerken voldoen van de rasstandaard, zullen dan vaak ook het karakter hebben dat bij zijn oorspronkelijke werk hoort. Attent, vrolijk, will to please, werklust, actief en met goede botten en spieren. Uiterlijk en innerlijk hangen samen met het doel waarvoor de Cocker door de eerste liefhebbers is geselecteerd. En veel huidige liefhebbers, zelfs en vaak mensen die er helemaal niet meer mee jagen, houden nog altijd veel van dit type hondjes. Daarom moeten we altijd zo lachen met die ondeugden en staan we ons weleens te verbijten als ze ‘nog even een bosje moeten doen’ voordat we naar huis gaan.
Om de rasstandaard zoveel mogelijk te behouden, worden bij voorkeur honden in de fokkerij gebruikt die dicht bij de rasstandaard liggen. Vaak zullen dat de showhonden zijn met een U of een ZG. Omdat er mensen zijn die shows lopen niet zo leuk vinden, biedt de CockerSpanielClub de mogelijkheid om honden aan te keuren. Dan wordt gekeken of ze fokwaardig zijn; dat wil zeggen tenminste met een ZG binnen de rasstandaard vallen.
In sommige rassen is het rasbeeld als gevolg van hypes en trends zo veranderd, dat er eigenlijk nog maar weinig honden zijn die aan het oorspronkelijke rasbeeld voldoen. Bij zulke rassen, zoals de Engelse Bulldog, zullen misschien de G honden wel beter bij het oorspronkelijke rasbeeld passen dan degene die nu de prijzen op shows ophalen. Daar is het een beetje de omgekeerde wereld geworden.
Bij onze Cockers is dat gelukkig nog lang niet het geval. We hebben nog vele lijnen beschikbaar waar het oorspronkelijke rasbeeld goed gefundeerd is. En wanneer bij het maken van combinaties goed gelet wordt op de gezondheidsuitslagen van beide fokdieren, dan is er geen enkele reden om met een G hond te fokken.
Bij sommige rassen zijn er nog zo weinig (gezonde) honden dat inderdaad met G honden gefokt moet worden om de aandoeningen uit het ras te krijgen. Of een ras dreigt uit te sterven en dan moeten de fokkers van dat ras hun toevlucht zoeken tot fokken met G honden. Maar ook hiervan is in ons ras geen sprake. Er zijn nog meer dan genoeg zeer goede en gezonde Cockers, die ingezet kunnen worden voor de fok. We zijn in de luxueuze omstandigheden dat we nog een keuze kunnen maken voor combinaties met zeer goede en gezonde honden.
Fokkers die vinden dat er met G honden gefokt moet kunnen worden, en op vele fronten (zoals de kleuren van de vacht, de ogen en de neus enzovoorts) lak hebben aan de rasstandaard zijn naar de mening van de CockerSpanielClub niet het belang van het ras aan het nastreven, noch het in stand houden daarvan. De rasstandaard is onlosmakelijk onderdeel van een rashond. Die is ooit opgesteld om een rashond te definiƫren en een ras te ontwikkelen. Het loslaten van de rasstandaard, op welk vlak ook; uiterlijk, gezondheid of karakter, draagt niets bij aan het verbeteren of in stand houden van een ras.